Het werk al zittend en in beweging

Het werk al zittend en in beweging wordt in groep maar gedeeltelijk ook individueel uitgevoerd.

Bij het begin van de ademhalingsles zitten we op een kruk en nemen we ons lichaam en onze adembeweging waar. Onze gedachten verstommen.

Dan voeren we eenvoudige lichaamsbewegingen uit die een effect hebben op onze ademhaling: armzwaaien, bekkencirkels, uitrekken van de romp of de handen,... Vervolgens gaan we na. Welke lichamelijke gewaarwordingen treden op? Welke gevoelens en gedachten komen op? Bepaalde bewegingssequenties lokken onze ademhaling diep ins ons bekken. Deze ademhalingsruimte is ons fundament. Hier komen we in contact met de kracht van de aarde die we als dragend, opbouwend, warm, borgend maar ook als dwingend, drijvend, impulsachtig kunnen ervaren. De levenskracht stijgt langs ons heiligbeen en voedt ons. Andere oefeningen versterken ons persoonlijke midden of laten ons de zachte kracht van de bovenste ademhalingsruimte ervaren. Volgens de bouw van de longen heeft de bovenste ademhalingsruimte wel een lager volume maar toch een hoge kwaliteit. Het is gevoeliger. Hier ontplooit het geestelijke zich.

Sommige oefeningen brengen rust, andere stimuleren. Lichaamsbeweging en adembeweging worden langzaam op elkaar afgestemd en vormen een eenheid. Bewegingen die een voorgeschreven vorm volgen, kunnen in de loop van de ademhalingsles vrije bewegingen in de ruimte worden. Daarbij bewegen we weg van onze ademhaling en bevindingen op dat moment en komen we met onszelf en ons innerlijke in contact. Er ontstaat een vrij lichaamsgevoel.

We werken alleen maar ook met een partner en in groep. De oefeningen zijn niet inspannend of moeilijk en daardoor geschikt voor iedereen. Ze kunnen tot op hoge leeftijd uitgevoerd worden. Het gaat niet om "goed" of "fout" maar om de individuele ervaring. Er worden pauzes gehouden waarin we onze ervaringen kunnen uitwisselen.

In sommige oefeningsgroepen onderzoeken we ook hoe we met onze adem tonen kunnen opwekken. We experimenteren met klinkers en medeklinkers. Ook klanken beïnvloeden onze lichamelijke ondervinding en onze adembeweging: De U leidt ons naar het bekken, de I naar het hoofd. De medeklinkers P, T en K stimuleren ons middenrif.

Zichzelf ontmoeten, ontdekken en voelen zorgt voor vertrouwen, moed en de bereidheid voor verstrekkende veranderingen.